sojaboon

Nederlands

variëteiten aan sojabonen

Uitspraak

• Geluid:  sojaboon    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈsojaˌbon / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• so·ja·boon

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  soja zn  en  boon zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	sojaboon	sojabonen
verkleinwoord	sojaboontje	sojaboontjes

Zelfstandig naamwoord

de sojaboon v / m

1. (voeding) eiwitrijke boon van de sojaplant, Glycine max 
2. (bloemplanten) bepaald soort peulvrucht, Glycine max 
3. (landbouw) bepaald gewas, Glycine max , verbouwd als voedsel voor mensen en dieren

Opmerkingen

• [2] Ook de wetenschappelijke naam Glycine max  komt voor.

Synoniemen

• soja
• [2] sojaplant

Vertalingen

    1. eiwitrijke boon van de sojaplant   

Duits: Sojabohne (de) v Engels: soybean (en) Fins: soijapapu (fi) Frans: soja (fr) m, fève de soja (fr) m

Koreaans: 콩 (ko) Spaans: haba de soja (es) v, poroto soya (es) m Zweeds: sojaböna (sv) g

Gangbaarheid

• Het woord sojaboon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sojaboon" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [2] sojaboon in het Nederlands Soortenregister N
• [2] sojaboon op Wikidata