slatten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • slat·ten
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
slatten
slatte
geslat
zwak -t volledig

Werkwoord

slatten

  1. overgankelijk een sloot ontdoen van aangroei van waterplanten om de doorstroming te bevorderen
     De oude muggenvijver, diep den tuin in, wordt geslat en weer geschoeid.-- 1929[1]

Gangbaarheid

12 % van de Nederlanders;
11 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    Kuyper-van Oordt, Hendrika
    “De lofzang der schamelen” (1929), Holland, p. 145
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be