sidderrog

Uit WikiWoordenboek
1. platvis uit de familie Torpedinidae
(hier: Tetronarce tokionis csiro)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sid·der·rog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sidderrog sidderroggen
verkleinwoord sidderrogje sidderrogjes

Zelfstandig naamwoord

de sidderrogm

  1. (kraakbeenvissen) naam voor soorten platvis uit de familie Torpedinidae op Wikispecies die hun prooi kunnen verdoven met een elektrische stroomstoot
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

63 % van de Nederlanders;
71 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be