revolutionair

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·vo·lu·ti·o·nair
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘oproerig’ voor het eerst aangetroffen in 1797 [1]
  • afgeleid van het Franse révolutionnaire met het achtervoegsel -air [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord revolutionair revolutionairen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de revolutionairm [3]

  1. aanhanger van de of een revolutie
Afgeleide begrippen
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen revolutionair revolutionairder revolutionairst
verbogen revolutionaire revolutionairdere revolutionairste
partitief revolutionairs revolutionairders -

Bijvoeglijk naamwoord

revolutionair [4]

  1. de revolutie aanhangend, oproerig
  2. radicaal anders, vernieuwend
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen