reservering

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·ser·ve·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord reservering reserveringen
verkleinwoord reserverinkje
reserveringetje
reserverinkjes
reserveringetjes

Zelfstandig naamwoord

de reserveringv / m

  1. het vooraf bespreken van een plaats in een openbare gelegenheid, vervoermiddel, restaurant e.d.
    • Als u geen reservering heeft, kunnen we u helaas niet helpen. 
  2. een ring die ter reserve wordt aangehouden en bedoeld is om te gebruiken indien een andere ring kapot gaat of kwijt raakt.
    • Als u geen reservering heeft, kunnen we u helaas niet helpen. 

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be