rancuneus

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ran·cu·neus
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen rancuneus rancuneuzer rancuneust
verbogen rancuneuze rancuneuzere rancuneuste
partitief rancuneus rancuneuzers -

Bijvoeglijk naamwoord

rancuneus

  1. met opgekropte gevoelens van haat of wraak
    • In Creed II keert de oude Ivan Drago (…) terug, bitter en rancuneus. Hij verloor na zijn nederlaag tegen Rocky baan, geld, reputatie en trofeevrouw: zij verliet hem voor een rijke oligarch. Zijn zoon, Viktor (…) is nu het vehikel van zijn wraak. [3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

93 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron
    Lion, Iz. J.
    “Mr. Groen van Prinsterer's 'Karakterstudie' van Mr. Keuchenius, aan de feiten en de historie getoetst” (1869), Susan
  3. Zwol, C. van
    Rocky-variant is stroperig en potsierlijk (8 januari 2019) op website: nrc.nl
    ; geraadpleegd 2019-09-11
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be