puntdeur
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- punt·deur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van punt en deur [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | puntdeur | puntdeuren |
verkleinwoord | puntdeurtje | puntdeurtjes |
Zelfstandig naamwoord
- (waterbeheer) type deur van een sluis die onder een stompe hoek samenkomt met de andere sluisdeur
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'puntdeur' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.