pubertijd
Niet te verwarren met: puberteit |
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pu·ber·tijd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van puber en tijd
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pubertijd | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de pubertijd m
- de tijd waarin iemand de puberteit ondergaat
- De pubertijd is berucht om zijn emotionele problemen.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord pubertijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pubertijd" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be