polsk

Uit WikiWoordenboek

Deens

Bijvoeglijk naamwoord

polsk

  1. (demoniem) Pools

Zelfstandig naamwoord

polsk

  1. (taal) Pools

Verwijzingen


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • polsk

Bijvoeglijk naamwoord

polsk

  1. (demoniem) Pools
Verbuiging
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud polsk polskere polskest
o enkelvoud polsk
meervoud polske
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
polske polskere polskeste
Hyperoniemen

Zelfstandig naamwoord

polsk m / o

  1. (taal) Pools
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   polsk     m: polsken
o: polsket  
  polsker     polskene  
genitief   polsks     m: polskens
o: polskets  
  polskers     polskenes  
Verwante begrippen


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • polsk

Bijvoeglijk naamwoord

polsk

  1. (demoniem) Pools
Verbuiging
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud polsk polskare polskast
o enkelvoud polsk
meervoud polske
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
polske polskare polskaste
Hyperoniemen

Zelfstandig naamwoord

polsk m

  1. (taal) Pools
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   polsk     polsken     polskar     polskane  
genitief                
Verwante begrippen