personen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • per·so·nen

Zelfstandig naamwoord

de personenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord persoon
     Het creëren van een slaapplek voor zeven personen viel nog niet mee.[1]

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


Achterhoeks

Zelfstandig naamwoord

personen

  1. meervoud van persoon


Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • per·so·nen
Naar frequentie 5136

Zelfstandig naamwoord

personen

  1. nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van person


Nedersaksisch

Zelfstandig naamwoord

personen

  1. meervoud van persoon


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • per·so·nen
Naar frequentie 2734

Zelfstandig naamwoord

personen

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van person


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • per·so·nen

Zelfstandig naamwoord

personen

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van person


Zweeds

Uitspraak
Naar frequentie 2096

Zelfstandig naamwoord

personen

  1. nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van person