pensum
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pen·sum
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pensum | pensums pensa |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het pensum o
- een opgelegde, verplichtte taak
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'pensum' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pensum" herkend door:
17 % | van de Nederlanders; |
24 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ pensum op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be