partnerorganisatie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- part·ner·or·ga·ni·sa·tie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van partner en organisatie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | partnerorganisatie | partnerorganisaties |
verkleinwoord | partnerorganisatietje | partnerorganisatietjes |
Zelfstandig naamwoord
de partnerorganisatie v
- een organisatie waarmee samengewerkt wordt en die als partner wordt gezien
Gangbaarheid
- Het woord partnerorganisatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.