orthografie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • or·tho·gra·fie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘de kunst de woorden op de juiste wijze te schrijven’ voor het eerst aangetroffen in 1376 [1]
  • met het voorvoegsel ortho- met het achtervoegsel -grafie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord orthografie orthografieën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de orthografiev

  1. kunst om volgens de regels te schrijven
  2. aanvaarde spelling van een bepaald woord
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

87 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen