oogarts

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oog·arts
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord oogarts oogartsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de oogartsm

  1. (medisch) (beroep) medicus die zich toelegt op aandoeningen van het oog
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be