onteigening

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·ei·ge·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord onteigening onteigeningen
verkleinwoord onteigeningetje onteigeningetjes

Zelfstandig naamwoord

de onteigeningv

  1. (juridisch) handeling, al of niet gerechtelijk, waarbij een zaak tot het eigendom van iemand anders gemaakt wordt
Vertalingen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be