onderwijsbevoegdheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- on·der·wijs·be·voegd·heid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van onderwijs en bevoegdheid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | onderwijsbevoegdheid | onderwijsbevoegdheden |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de onderwijsbevoegdheid v
- (onderwijs) bevoegdheid om les te geven in bepaalde vakken met een bepaald niveau
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord onderwijsbevoegdheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.