moderator

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·de·ra·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord moderator moderatoren
moderators
verkleinwoord moderatortje moderatortjes

Zelfstandig naamwoord

de moderatorm

  1. (religie) (onderwijs) een godsdienstleraar die cathéchisme geeft op een middelbare school
  2. (beroep) iemand die het debat leidt of toezicht houdt
  3. (religie) synodevoorzitter
  4. (scheikunde) stof die reactie beheersbaar maakt in een kernreactor
  5. (informatica) iemand die op een internetsite/-forum toezicht houdt en met een aantal taken belast is
  6. (natuurkunde) materiaal in een kernreactor die vrijgekomen snelle neutronen vertraagt
  7. (wikitaal) bewerker waaraan de andere bewerkers bevoegdheden hebben toevertrouwd als het verwijderen of beveiligen van pagina's en het blokkeren bij wangedrag
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen