mislukt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mis·lukt
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van mislukken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
mislukken |
mislukt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mislukken
- Jij mislukt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mislukken
- Hij mislukt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van mislukken
- Mislukt!
vervoeging van: | mislukken… |
verbogen vorm: | mislukte |
mislukt
- voltooid deelwoord van mislukken
Gangbaarheid
- Het woord mislukt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "mislukt" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be