minderwaardigheidsgevoel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: minderwaardigheidsgevoel (hulp, bestand)
- IPA: / ˌmɪndərˈwardəxhɛitsxəˌvul / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- min·der·waar·dig·heids·ge·voel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van minderwaardigheid en gevoel met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | minderwaardigheidsgevoel | minderwaardigheidsgevoelens |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het minderwaardigheidsgevoel o
- opvatting dat men er minder toe doet dan anderen
- Mensen met een minderwaardigheidsgevoel gaan ervan uit dat ze minder waard zijn dan andere mensen.
Antoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. het gevoel er minder toe te doen dan een ander
Gangbaarheid
- Het woord minderwaardigheidsgevoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 24
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 7 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Invoegsel -s- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal