messnede

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mes·sne·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord messnede messneden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de messnedev / m

  1. beschadiging of verwonding veroorzaakt door een mes (een scherp, snijdend wapen of gereedschap)
    • Volgens Kaiser is sprake van een breed probleem, dat veel meer materieschilders raakt. Ook vraagt hij zich af hoe erg de gesignaleerde problemen zijn. „Een schilderij van Barnett Newman kan met één messnede kapot worden gemaakt. Maar verfverlies, druipers en tranend bindmiddel doen bij Appel geen afbreuk aan het geheel. Boon maakte mij attent op lekkende verf op Huilende krab (een schilderij uit 1954, red.). Tja, dat was me nog nooit opgevallen. Daar zou je overheen kunnen schilderen, maar maak je het daarmee echt beter?” [1] 
    • De mediawetenschapper smult van dit type verhalen – in de volksmond broodjeaapverhalen of urban legends. „Sagen” noemen ze het in zijn vakgebied. Jarenlang deed hij er onderzoek naar en vandaag promoveert hij op misdaadverhalen met zo’n bedenkelijk karakter. Hij nam bijvoorbeeld de „smiley-bende” onder de loep, van allochtone criminelen die meisjes verkrachten en vervolgens twee messneden in de mondhoeken maken: een lugubere ingekerfde ‘smile’. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. NRC Arjen Ribbens 12 mei 2016 Appels verf gaat aan de wandel
  2. NRC Thomas de Veen 28 januari 2014 Dit verhaal is waar. Of niet
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be