markiezin

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mar·kie·zin
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord markiezin markiezinnen
verkleinwoord markiezinnetje markiezinnetjes

Zelfstandig naamwoord

de markiezinv

  1. de vrouw van een markies
    • De markiezin is de grootmoeder van Valentine de Villefort en echtgenote van markies de Saint-Méran. 

Gangbaarheid

79 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be