liknande

Zweeds

Uitspraak

• Geluid:  liknande    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• lik·nan·de

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoordelijk gebruik van het onvoltooid deelwoord van het Zweedse werkwoord likna met het achtervoegsel -ande

Naar frequentie	1740

stellend	vergrotend	overtreffend
liknande

Bijvoeglijk naamwoord

liknande

1. lijkend, gelijkelijk
2. vergelijkbaar

Verbuiging

• Geen verbuiging

Synoniemen

• [2]: jämförbart
• [2]: motsvarande
• [2]: skälig
• [2]: vederbörlig

Typische woordcombinaties

• [1]: på liknande sätt

op soortgelijke wijze
op deze manier

Bijwoord

liknande

1. gelijkelijk

Werkwoord

liknande

1. onvoltooid (tegenwoordig) deelwoord bedrijvende vorm van likna

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	liknande	liknandet	liknanden	liknandena
genitief	liknandes	liknandets	liknandens	liknandenas

Zelfstandig naamwoord

liknande, o

1. gebruikt in de uitdrukking: eller liknande

Uitdrukkingen en gezegden

• eller liknande

en dergelijke (e.d.)
of dergelijke (o.d.)