liefert
Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- lie·fert
Werkwoord
liefert
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van liefern
liefert
- tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van liefern
liefert
- tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd gebiedende wijs bedrijvende vorm van liefern