leeft

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • leeft

Werkwoord

vervoeging van
leven

leeft

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leven
    • Jij leeft. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leven
    • Hij leeft. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van leven
    • Leeft! 
     Leave No Trace (LNT) leeft sterk binnen de hikergemeenschap.[1]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia