krantenuitgever
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kran·ten·uit·ge·ver
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van krant en uitgever met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | krantenuitgever | krantenuitgevers |
verkleinwoord | krantenuitgevertje | krantenuitgevertjes |
Zelfstandig naamwoord
de krantenuitgever m
- (beroep) een ondernemer die zich toelegt op het drukken van dagbladen
- De krantenuitgevers hebben het niet makkelijk met alle nieuwe media op het net.
Gangbaarheid
- Het woord krantenuitgever staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.