kraambeen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kraam·been
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kraam ww en been
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kraambeen | kraambenen |
verkleinwoord | kraambeentje | kraambeentjes |
Zelfstandig naamwoord
het kraambeen o
- (medisch) door trombose gezwollen been als gevolg van zwangerschap
Gangbaarheid
- Het woord kraambeen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.