knudde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- knud·de
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘waardeloos’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1925 [1]
stellend | |
---|---|
onverbogen | knudde |
verbogen |
Bijvoeglijk naamwoord
knudde
- heel slecht
- Dat proefwerk was knudde gemaakt.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord knudde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "knudde" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ "knudde" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be