kampwinkel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kampwinkel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kamp·win·kel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kamp en winkel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kampwinkel | kampwinkels |
verkleinwoord | kampwinkeltje | kampwinkeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de kampwinkel m
- een winkel op een kamp of een kampeerterrein
Vertalingen
1. een winkel op een kamp of een kampeerterrein
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord kampwinkel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.