kakbal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kak·bal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kak en bal [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kakbal | kakballen |
verkleinwoord | kakballetje | kakballetjes |
Zelfstandig naamwoord
kakbal
- (pejoratief) bekakt persoon
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'kakbal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.