joegen op

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • joe·gen op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opjagen

joegen op

  1. meervoud verleden tijd van opjagen
    • Wij joegen op. 
    • Jullie joegen op. 
    • Zij joegen op. 
Synoniemen


Gangbaarheid