jetlag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- jet·lag
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘fysieke ervaring van tijdsverschil op lange vluchten’ voor het eerst aangetroffen in 1984 [1]
- samenstelling van de engelse woorden jet (straalvliegtuig) en lag (achterstand)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jetlag | jetlags |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de jetlag m
- situatie waarin je je niet lekker voelt door verstoring van o.a. het slaap waakritme door een snelle verre reis naar een andere tijdzone. Letterlijk: het lichaam kan het snelle vliegtuig niet bijbenen.
- Een vliegreis van Europa naar Amerika verstoort het bioritme, deze verstoring noemen we een jetlag.
Gangbaarheid
- Het woord jetlag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "jetlag" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "jetlag" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be