innoveerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: innoveerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·no·veer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
innoveren |
innoveerden
- meervoud verleden tijd van innoveren
- Wij innoveerden.
- Jullie innoveerden.
- Zij innoveerden.
- Wij innoveerden.