inkarnaat

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • (Fr.-It.)
Woordafbreking
  • in·kar·naat
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen inkarnaat
verbogen inkarnate

Bijvoeglijk naamwoord

inkarnaat

  1. (kleur) vleeskleurig, hoogrood, rozerood
    • Met gloeiend inkarnate wangen. 
Synoniemen
enkelvoud meervoud
naamwoord inkarnaat inkarnaten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het inkarnaato

  1. (kleur) vleeskleur, hoogrode kleur, kleur tussen kersrood en rozerood
    • Het inkarnaat der lippen. 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

32 % van de Nederlanders;
38 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen