indoctrineren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·doc·tri·ne·ren
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘inprenten (van opvattingen)’ voor het eerst aangetroffen in 1966 [1]
- afgeleid van het Franse endoctriner (met het achtervoegsel -eren) [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
indoctrineren |
indoctrineerde |
geïndoctrineerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
indoctrineren
- overgankelijk dwingen om bepaalde opvattingen te aanvaarden
- De Oostbloklanden zijn decennialang geïndoctrineerd met de socialistische heilsleer.
Verwante begrippen
Vertalingen
1. dwingen om bepaalde opvattingen te aanvaarden
Gangbaarheid
- Het woord indoctrineren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -eren in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal