ijst

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ijst

Werkwoord

vervoeging van
ijzen

ijst

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ijzen
    • Jij ijst. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ijzen
    • Hij ijst. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van ijzen
    • IJst! 
Gelijkklinkende woorden