herzbeklemmender

Uit WikiWoordenboek

Duits

Woordafbreking
  • herz·be·klem·men·der

Bijvoeglijk naamwoord

herzbeklemmender

  1. onbepaald (zonder lidwoord) nominatief mannelijk enkelvoud van herzbeklemmend

herzbeklemmender

  1. onbepaald (zonder lidwoord) genitief vrouwelijk enkelvoud van herzbeklemmend

herzbeklemmender

  1. onbepaald (zonder lidwoord) datief vrouwelijk enkelvoud van herzbeklemmend

herzbeklemmender

  1. onbepaald (zonder lidwoord) genitief meervoud van herzbeklemmend

Bijvoeglijk naamwoord

herzbeklemmender

  1. onbepaald nominatief mannelijk enkelvoud van herzbeklemmend