hervaccinatie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- her·vac·ci·na·tie
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van vaccinatie met het voorvoegsel her-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hervaccinatie | hervaccinaties |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de hervaccinatie v
- (medisch) het opnieuw vaccineren
Gangbaarheid
- Het woord hervaccinatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.