herken

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·ken

Werkwoord

vervoeging van
herkennen

herken

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herkennen
    • Ik herken. 
  2. gebiedende wijs van herkennen
    • Herken! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herkennen
    • Herken je?