hekken

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hek·ken
enkelvoud meervoud
naamwoord hekken hekkens
verkleinwoord hekkentje hekkentjes

Zelfstandig naamwoord

het hekkeno

  1. hek
Afgeleide begrippen

Zelfstandig naamwoord

de hekkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord hek
Verwante begrippen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • hek·ken
Naar frequentie 17792

Zelfstandig naamwoord

hekken

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van hekk


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • hek·ken

Zelfstandig naamwoord

hekken

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van hekk