hardloopster

Uit WikiWoordenboek
hardloopster

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hard·loop·ster
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hardloopster hardloopsters
verkleinwoord hardloopstertje hardloopstertjes

Zelfstandig naamwoord

de hardloopsterv

  1. een vrouwelijke beoefenaar van de hardloopsport
    • Deze hardloopster wist de zilveren medaille te behalen. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid