hantering

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • han·te·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hantering hanteringen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de hanteringv

  1. de manier waarop men met iets gebruikt, hoe men met iets omgaat
    • Maar goed: pepermuntjes maken rustig. En rijden onder invloed van pepermuntgeur leidt tot hantering van een lagere snelheid. Bovendien hebben de onderzoekers geen effect gevonden van frustratie bij pepermuntgeur. Het zou zomaar eens de oplossing kunnen zijn voor de asociale coureurs die halsbrekende toeren uithalen op de N36. [2] 
    • Het medicijn kost zo'n 80.000 euro per injectie, waarvan er levenslang zo'n drie per patiënt per jaar nodig zijn. Om de groei van de zorgkosten binnen de perken te houden, wil minister Bruins komende tijd onderhandelen met de fabrikant over de prijs. De totale impact op het zorgbudget is bij hantering van de vraagprijs volgens Biogen 67 miljoen euro. [3] 
    • Tegen je 25ste is het spelenderwijs formatteren van je harde schijf wel afgerond en wordt bijvoorbeeld leren moeilijker. ,,Je kunt na je 25ste minder goed dingen onthouden waardoor je je op latere leeftijd heel wat dingen herinnert uit die formatieve periode. Deze levensjaren zijn enorm belangrijk voor het opdoen van ervaringen zoals nu ICT-hantering.” [4] 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

91 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen