hangslot
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hang·slot
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hang ww en slot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hangslot | hangsloten |
verkleinwoord | hangslotje | hangslotjes |
Zelfstandig naamwoord
het hangslot o
- een slot dat aan een beugel hangt
- Het hangslot werd door de inbrekers kapotgemaakt.
Vertalingen
1. een slot dat aan een beugel hangt
Gangbaarheid
- Het woord hangslot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hangslot" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be