hakbal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hak·bal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hak en bal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hakbal | hakballen |
verkleinwoord | hakballetje | hakballetjes |
Zelfstandig naamwoord
de hakbal m
- een met de hak i.p.v. de voorvoet gespeelde bal bij voetballen
- Nog steeds heeft de hele Achterhoek het over de hakbal van Ali Ibrahim in de Amsterdam ArenA tegen Ajax’, zegt Korbach lyrisch.
Gangbaarheid
- Het woord hakbal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hakbal" herkend door:
40 % | van de Nederlanders; |
48 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be