goudeerlijk

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • goud·eer·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen goudeerlijk
verbogen goudeerlijke
partitief goudeerlijks

Bijvoeglijk naamwoord

goudeerlijk

  1. heel erg betrouwbaar
    • Hij is een goudeerlijke vent die je altijd kan vertrouwen want hij liegt nooit. 
Synoniemen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
88 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen