gisterochtend
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- gis·ter·och·tend
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gister en ochtend
Bijwoord
gisterochtend
- in de ochtend van de voorgaande dag
- Hij is gisterochtend vertrokken.
- ▸ De bestuurder van de auto die gisterochtend betrokken was bij een ongeluk in Bavel waarbij twee wielrenners ten val kwamen, heeft zich gemeld bij de politie. Het gaat om een 20-jarige man uit de Noord-Brabantse plaats.[1]
Gangbaarheid
- Het woord gisterochtend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gisterochtend" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Automobilist die doorreed na ongeluk met wielrenners meldt zich” (16 mei 2022), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be