gisterochtend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gis·ter·och·tend
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

gisterochtend

  1. in de ochtend van de voorgaande dag
    • Hij is gisterochtend vertrokken. 
     De bestuurder van de auto die gisterochtend betrokken was bij een ongeluk in Bavel waarbij twee wielrenners ten val kwamen, heeft zich gemeld bij de politie. Het gaat om een 20-jarige man uit de Noord-Brabantse plaats.[1]

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 16 mei 2022 Weblink bron “Automobilist die doorreed na ongeluk met wielrenners meldt zich” (16 mei 2022), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be