gewoontjes
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gewoontjes (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·woon·tjes
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | gewoontjes |
verbogen |
Bijvoeglijk naamwoord
gewoontjes [2]
- wat we gewend zijn, niet anders dan het vertrouwde normale
- Jazzharpist Park Stickney toverde uit dezelfde harp als Van Kesteren een totaal andere klank, met een wat geknepen, jazzgitaarachtige toon. Hoewel zijn frasering en melodische ideeën op piano of gitaar eerder wat gewoontjes zouden zijn, maakte de harp zijn spel bijzonder.[3]
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord gewoontjes staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ gewoontjes op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Joep Stapel 16 oktober 2016