- In de betekenis van ‘graangewas’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1] [2]
de gerst v / m [3]
- (bloemplanten) plant van het geslacht Hordeum
- (bloemplanten) gecultiveerde soort Hordeum vulgare , een graansoort. Ze stamt af van de wilde gerst (Hordeum spontaneum ), die nog steeds in het Midden-Oosten voorkomt. Gerst behoort net als alle overige granen zoals tarwe, haver, rogge, gierst en rijst tot de grassenfamilie
- (graan) ontkiemende gerst (mout) is een belangrijke grondstof voor bier en whisky
- bloedgerst, brouwgerst, kippengerst, knobbergerst, maalgerst, maartegerst, muizengerst, parelgerst, pauwengerst, schietgerst, voedergerst, weekgerst, wintergerst, zomergerst
- gerstakker, gerstbouw, gerstdravik, gerstebier, gerstebrij, gerstebrood, gerstedrank, gerstekoek, gerstekoffie, gerstekorrel, gerstemeel, gerstemout, gerstenat, gerstepap, gerstestro, gerstesuiker, gersteveld, gerstewater, gerstewijn, gerstgras, gersthauw, gerstkorrel, gerstkorter, gerstland, gerstmaand, gerstmeel, gerstoogst, gerstpellerij, gerstspruit, gerstteelt, gerstvariëteit, gerstvlok
2. en 3. (zaad van de) plant Hordeum vulgare
98 % |
van de Nederlanders;
|
98 % |
van de Vlamingen.[4]
|
- [1] gerst in het Nederlands Soortenregister N
- [1] gerst op Wikidata