gemeentekas
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gemeentekas (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·meen·te·kas
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gemeente en kas [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gemeentekas | gemeentekassen |
verkleinwoord | gemeentekasje | gemeentekasjes |
Zelfstandig naamwoord
- Financiële middelen van een gemeente.
- Mensen worden opgesloten voor dubbel parkeren en boetes worden fors verhoogd omdat de gemeentekas leeg is.
Gangbaarheid
- Het woord gemeentekas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.