gasoline

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: gasolie


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gas·oli·ne
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gasoline gasolines
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de gasolinev

  1. (Suriname, Antillen) bepaalde brandstof voor lampen, branders en auto's
    • Ook het verbod aan pompstations om gasoline te verkopen in jerrycans behoort tot de verleden tijd. [3]
  2. (verouderd) benaming voor vloeibare lichte koolwaterstoffen met een kookpunt tussen 100 en 150° C, zoals die uit aardolie wordt gewonnen of uit aardgas geproduceerd
    • Voor het transport van petroleum, maar vooral van benzine, gasoline, enz. is, omdat erdoor vervluchtiging zeer veel verloren gaat, het gebruik van glazen vaten voorgeslagen. [4]
Synoniemen

Gangbaarheid

74 % van de Nederlanders;
68 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen


Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
gasoline -

Zelfstandig naamwoord

gasoline

  1. benzine
Synoniemen