fremtiden
Deens
Uitspraak
Woordafbreking
- frem·ti·den
Naar frequentie | 1342 |
---|
Zelfstandig naamwoord
fremtiden
- nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van fremtid
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- frem·ti·den
Naar frequentie | 1723 |
---|
Zelfstandig naamwoord
fremtiden
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van fremtid